Geplaatst in Ongecategoriseerd.

Over alle golfslagen

De golfer slaat de bal in zo min mogelijk aantal slagen in de hole. Dit doet hij op een golfbaan waar 9 of 18 holes liggen.

Elke club die gebruikt wordt is speciaal ontworpen voor de verschillende slagen die nodig zijn om de golfbal vanaf de tee (afslagplaats) in de hole te krijgen. De hole ligt op de green aan het einde van de elke baan, de fairway. Elke fairway heeft zijn eigen vorm en lengte, met steeds verschillende obstakels en hindernissen.

Het golfspel begint met de afslag vanaf de tee. Daarna gebruik je verschillende soorten clubs: de woods (ook wel houten genoemd omdat ze vroeger van hout gemaakt waren), de ijzers en de putter. Welke club je gebruikt hangt af van de situatie op de golfbaan en van de afstand die je nog moet afleggen. De woods zijn vooral voor de lange afstand, nauwkeurige slagen vereisen ijzers zoals de pitching- of de sandwedge. De putter is speciaal gemaakt voor op de green (het gras rond de vlag), en wordt gebruikt om de golfbal uiteindelijk in de hole te putten.

De score bij golfen wordt uitgedrukt in PAR, Professional Averedge Rate. Deze telling houdt het aantal slagen in dat je doet totdat de bal in de hole ligt. Elke hole is een PAR 3, 4 of 5. Dit betekent dat een professional de bal in (respectievelijk) 3, 4 of 5 slagen in de hole moet kunnen slaan.

Afhankelijk van jouw eigen handicap, krijgt je extra slagen. Heb je bijvoorbeeld hcp 36, dan krijgt je op elke hole van een 18-holes golfbaan 2 extra slagen. Dus mag je op een PAR 5 hole, 7 slagen gebruiken. Een birdie betekent dat de bal in 1 slag minder dan PAR is uitgeholed. Een bogey is een slag boven PAR, een dubbel bogey 2 slagen boven par.

Over de full swing

De full swing is een van de grootste en belangrijkste uitdagingen van het golfspel. De volledige golfslag bestaat uit drie fases: de Backswing/ Take away, de Downswing en de Follow-through. De full swing wordt gebruikt voor de afslag op de eerste tee en op de fairway gebruikt. Andere slagen met ijzers of wedges zijn aangepaste vormen, in het algemeen zijn dit kortere versies van deze full swing afhankelijk van de afstand die je nog moet afleggen naar de hole.

Over Chippen

Chippen is een technische korte afstand slag, rond de 25 tot 5 meter van de hole. Chippen doe je met een ijzer met meer loft, een ijzer 8 bijvoorbeeld, de bal zal dan hoger maar minder ver gaan.

Wil je meer vlucht, dan neem je ijzer 9 of een PW/ SW. Wil je mee rol, dan gebruik je een ijzer 7.

Over Putten

Putten is de laatste stap bij het spelen van een Hole, en kan het verschil uitmaken tussen een perfecte ronde of een slechte ronde golf. Het putten is een moeilijke techniek die veel oefening vergt voordat je het goed kan beheersen. Naast de technieken van puttbeweging moet je ook beheersen het lezen van de green.

Goed Lezen van de green helpt je te bepalen welke richting je moet kiezen en hoe hard je moet slaan. Bij het lezen moet je denken aan de helling van de green, de lengte van het gras, de richting van de grassprieten en de windsnelheid en richting.

Over pitchen

Een pitch is een golfslag voor afstanden van 35-85 meter vanaf de green. De Pitch doe je met een club met loft, een pitching wedge (PW) of de sandwedge (SW). IJzers 9/8 kun je voor langere Pitchslagen gebruiken. Het doel van de pitch is de golfbal hoog door de lucht over de rough of hindernis heen te krijgen. De golfbal zal hierdoor minder doorrollen na het landen. Hoe hoger de bal gaat, des te korter zal de bal rollen. Het verschil met het chippen is dat je bij pitchen je polsen beweegt, een polsactie in de achterzwaai en doorzwaai.

Over bunkerslagen

Een bunker is een bewerkt stuk grond op de golfbaan, dikwijls een kuil, waarvan gras of aarde is verwijderd en vervangen door zand of iets dergelijks. Als deze zand bevat, heet het een bunker. Je krijgt geen strafslag als je in een bunker slaat, het enige probleem is dat je de bal er uit moet krijgen de fairway op, of op de green.

Om uit de zandhindernis te komen gebruik je de sandwedge of de pitchingwedge. Vergeet even de afstand, deze slag vraagt namelijk om een grote nauwkeurigheid. Let op: het is verboden je club te “grounden” (neerzetten op de grond) in de hindernis. Je krijgt dan 2 strafslagen of je verliest de hole bij matchplay.